EnergieMatch: Hoe dan…?

Van Energiewet tot slimme wijken: in voorgaande bijeenkomsten van de Club van Wageningen lag de nadruk op het ontrafelen van vraagstukken die een nieuwe energiemarkt met zich meebrengt. Onderhand bewegen we ons naar een volgende fase. Eentje waarin wij ons meer en meer afvragen: hoé gaan we dit dan doen? Zo bogen we ons afgelopen juli over ‘EnergyMatch’. Dit concept laat zien dat de energiemarkt zich écht aan het ontwikkelen is. En dat steeds meer partijen de urgentie ervaren van de thema’s waarmee onze club zich bezighoudt. 

De aanleiding

Het EnergyMatch-concept komt voort uit het programma Digitale Stad Helmond. In het kader van dit programma kreeg de wijk Warande glasvezelinfra. Op de vraag welke nieuwe diensten met dit netwerk ontwikkeld kunnen worden, kwamen bewoners met het idee om het delen van energie mogelijk te maken. Dit was het startschot om een systeem te ontwikkelen dat energie delen in een lokale community eerlijk, inclusief en democratisch maakt: EnergyMatch. In onze bijeenkomst zoomden deelnemers in op de ontwerpprincipes van dit concept. Vervolgens werd in drie brainstormsessies nagedacht in hoeverre dit referentiekader volledig, bruikbaar en realiseerbaar is.  

De deelnemers kregen eerst een inleiding voorgeschoteld over de totstandkoming van EnergyMatch . Dit ging onder meer over de waarden die ten grondslag liggen aan het systeem zoals beschreven in de notitie 'Publieke Waarden'. Hierin is onderscheid gemaakt tussen streefwaarden (zoals duurzaamheid, betaalbaarheid en schoonheid); waarden die geborgd moeten worden (denk aan privacy voor gebruikers, eerlijkheid en controle over de techniek) en proceswaarden (betekenisvolle participatie en een gezamenlijke agenda).

Verder werd er ingezoomd op de architectuur van het systeem. Dit bestaat onder meer uit vier niveaus van energie-uitwisseling.

  1. Het huisniveau: energie in de eigen huishouding
  2. Energie-overschotten beschikbaar stellen aan de community
  3. Balanceren van vraag en aanbod in de eigen community
  4. Matchen van vraag en aanbod buiten de eigen community

Het systeem is zo ontworpen dat de afweging van belangen op elk niveau verankerd wordt in protocollen en regels. Belangrijk is dat bewoners hierover zelf controle krijgen én houden. 

  • Op het eerste niveau stellen bewoners hun eigen huisregels op. Bijvoorbeeld: ‘Bij een energieoverschot laat ik eerst de temperatuur in mijn boiler oplopen. Bij een tekort stel ik het laden van mijn elektrische auto uit.’
  • Op niveau twee stel je regels op om energie-overschotten beschikbaar te stellen aan de community. Zo kan een huishouden kiezen om eerst het huissysteem te optimaliseren en pas daarna energie te delen.
  • Op het derde niveau kun je regels opstellen rondom het matchen van vraag en aanbod in de community. Denk aan richtlijnen voor het opladen van de buurtbatterij of deelauto’s in een wijk.
  • Niveau 4 gaat over hoe je als community omgaat met tekorten en overschotten. Op welk moment ga je als community delen? En met wie?

De bovenstaande punten gaan over de technische en praktische inrichting van het systeem. Maar er is meer. Een community moet er ook voor zorgen dat regels op een democratische en sociale manier vorm krijgen. Hoe creëer je vrijheid voor mensen om besluiten te nemen die bij hén passen? Hoe voorkom je sociale druk, hoe zorg je ervoor dat iedereen een stem krijgt? 

Bij de ontwikkeling van EnergyMatch is ook nagedacht over de betekenis van energie delen in het economisch verkeer. Wie zijn de actoren in het systeem? Welke waarden zijn voor hen belangrijk en welke worden er uitgewisseld: data, elektriciteit, goederen en diensten? Waar zitten potentiële verdienmodellen en wat zijn incentives waarmee communities kunnen ontkiemen? 

Tot slot zijn er ontwerpregels geformuleerd voor de ontwikkeling van dit soort systemen. Denk aan principes zoals een gebruikersvriendelijke userinterface, anonimiteit van data of de beveiliging van gevoelige data. 

Met EnergyMatch is een flinke stap gezet om tot een blauwdruk voor een eerlijk, inclusief en democratisch systeem te komen. Maar er zijn ook nog losse eindjes. Daarom werd de denkkracht van de Club van Wageningen ingeschakeld om in drie sessies een antwoord te geven op de volgende vragen:

  1. Zijn de ontwikkelde ontwerpprincipes bruikbaar en zijn ze goed, concreet en compleet?
    De groep die zich over deze vraag boog, concludeerde dat het referentiekader een hele bruikbare basis biedt. Een kapstok die inzichtelijk maakt wat er nodig is om tot een inclusieve, eerlijke en democratische community te komen. Voornaamste boodschap: ga hiermee aan de slag, leer ervan en laat dit kader groeien. Uiteraard waren er de nodige uitdagingen als je weer verder gaat uitwerken zoals: hoe ga je om met mensen die geen lid (willen) zijn, hoe richt je het systeem slim en echt gebruikersvriendelijk in, zonder teveel gedoe en laagdrempelig voor alle doelgroepen? En hoe geef je vorm aan beschikbaarheid en betaalbaarheid zonder sociale druk in de wijk op te voeren?

  2. Hoe kun je een realistisch verdienmodel voor energiedelen realiseren; en hoe kun je dit systeem hierdoor laten groeien?
    Deze vraag bleek lastig te beantwoorden. Of zoals één van de deelnemers opmerkte: zodra je het over verdienmodellen hebt, gaat het al snel over geld: over het terugverdienen van investeringen, over whats in it for me. Eigenbelang troebleert de ontwikkeling van dit soort systemen.

    Het businessmodel kan ook in de transitie zelf zitten, merkte iemand op. Zie het als een ontdekkingsreis: je weet nu nog niet waar verdienmodellen zitten. In nieuwe services die worden aangeboden, in CO2-reductie? We moeten niet vergeten dat het voor veel stakeholders niet alleen om geld gaat. Er is een groeiende groep die niet persé de energierekening wil halveren maar juist met elkaar iets wil doen in het kader van energietransitie en verduurzaming. Wel zijn er incentives nodig om grote groepen mensen mee te krijgen.

    Verder kwam de suggestie om, als het om verdienmodellen gaat, op het niveau van de community te starten. Niet op het niveau van energie-uitwisseling tussen buurman 1 en buurman 2. In een community gaat het om meerdere buurmannen die met het opwekken en opslaan van energie iets voor de gemeenschap doen. Je moet op gemeenschappelijk niveau besluiten wat je wilt: ook als het gaat om het genereren van inkomsten en het doen van investeringen.

  3. Hoe kan het ontwerp technisch gerealiseerd worden?
    Deze vraag bracht de technische complexiteit van het systeem aan het licht. Hoe verdeel je verantwoordelijkheden, hoe zet je veilige datastructuren op, hoe borg je de soevereiniteit van data en huishoudens? Oplossingen zoals gedecentraliseerde block-chaintechniek passeerden hierbij de revue. Alle invalshoeken leidden tot één overkoepelend inzicht: hoe kun je een systeem dat zo complex is, zo versimpelen dat iedereen zonder al te veel ‘gedoe’ mee kan doen?

    Eén van de aanbevelingen luidde dat er al meerdere pilots zijn gehouden rondom verschillende onderdelen uit het referentiekader. Ga die goed analyseren om te leren wat wel én niet werkt.

De werksessies resulteerden in waardevolle input voor de inbrengers van de casus. Het referentiekader van EnergyMatch is een goede stap om tot een energie-community te komen die democratisch, eerlijk en inclusief is. Wel is het een fundament dat moet groeien. Dat kan alleen door het in de praktijk te brengen. Nederland telt zo’n 700 energie-communities die met elkaar energie opwekken en delen. Zo’n community zou een prima startpunt zijn om dit kader te toetsen. 

Wat de slotdiscussie eveneens duidelijk maakte, is dat de ontwikkeling van systemen zoals EnergyMatch niet alleen een kwestie van technisch innoveren is, maar ook van maatschappelijk innoveren. Sociale innovatie bepaalt het succes van een technologische innovatie. Technische randvoorwaarden creëren is één, maar je moet er ook voor zorgen dat je mensen meekrijgt. 

De energietransitie begint aan de keukentafel, de challenge om tot een succesvolle community te komen moet ook aan die keukentafel beginnen’, stelde een deelnemer. Participatie is het sleutelwoord, maar wel in de wetenschap dat technologie daarin een onlosmakelijk onderdeel is. Ze moeten elkaar versterken. Vanuit hun publieke taak spelen overheden en netbeheerders een cruciale rol om communities te activeren, te faciliteren en de publieke waarden te borgen.