Aflevering 2: Pieter Willems van PowerD
‘Elektrische auto meets digitalisering: een mooie combi om de energiemarkt te democratiseren’
Pieter Willems is eigenaar van Power D. Een bedrijf dat het slim(mer) laden van elektrische auto’s mogelijk maakt. Een concept waarin elektrische auto én digitalisering samen bijdragen aan een duurzamer en democratischer energiesysteem. ‘Ik vind dat we in Nederland de goede kant op bewegen, maar het zou wel wat sneller mogen….’
Kan je in een paar zinnen vertellen wat jullie doen?
Pieter: ‘PowerD ontwikkelt oplossingen voor het verder verduurzamen van elektrisch rijden. Rijden in een elektrisch voertuig is duurzamer dan rijden in een fossiele auto. Maar, het wordt pas écht duurzaam wanneer een voertuig zoveel mogelijk wordt geladen met groene stroom. Hiervoor hebben we een platform ontwikkeld dat we onder meer voor LeasePlan inzetten. Een slimme app bepaalt wanneer het aanbod van groene stroom het hoogst is (en de prijs het laagst). Op dat moment start het laden via de laadpaal. Ook kan energie uit de auto worden gehaald op momenten dat er veel vraag is. Kortom, goedkoper én sneller op weg naar 100% duurzame energie.’
Hoe kijken jullie naar de kernwaarden eerlijk, inclusief en democratisch bestuurbaar i.r.t. tot jullie werk?
‘In onze ogen is duurzame energie nog teveel het exclusieve domein van de grote energiemaatschappijen. Wij willen dit democratiseren. De elektrische auto in combinatie met digitalisering is daarbij een fantastisch hulpmiddel. Je kunt er overdag op kantoor goedkoop zonnestroom in opslaan en ’s avonds die stroom er weer uithalen om te koken of om televisie te kijken. Daarnaast is slim laden er niet alleen voor de autogebruiker. Dankzij onze aanpak draagt de elektrische auto bij aan meer netbalans voor iedereen.’
Welke zaken waar je geen invloed op hebt, beperken je groei?
‘Het zou goed zijn wanneer er een model of een incentive komt om de congestie op het elektriciteitsnet op te lossen. Bijvoorbeeld door meer mogelijkheden en ruimte te bieden om lokaal stroom op te wekken en te laden. Verder zijn er voor werkgevers wél subsidies beschikbaar voor het toepassen van hernieuwbare energie (HBE). Het zou mooi zijn wanneer er een dergelijke subsidie komt voor de e-auto. Dit zou onze oplossingen aantrekkelijker maken. Beide ideeën vragen om aanpassing van de wetgeving en dit laat op zich wachten.’
‘Het moet anders. En dan is het makkelijk wijzen naar de grote spelers. Maar wij moeten verandering ook voor hen aantrekkelijk maken’
Hoe kijk je naar de transitie? Wordt deze eerlijker en inclusiever? Zijn we future proof in Nederland?
‘Ik ben best optimistisch. Ik vind dat we best de goede kant op bewegen. Maar het zou natuurlijk wel sneller mogen. Maar.., mag je dit verwachten? Zorgvuldigheid moet er ook zijn. Helaas zorgt traagheid er wel voor dat we achter ontwikkelingen aanlopen. Denk aan de salderingsregeling: het is lekker makkelijk om je dak vol met zonnepanelen te leggen. Maar de uitdaging nú is het opslaan van energie. En daar is geen businesscase voor.’
Als jij de minister van EZK was, wat zou het eerste zijn dat je aan zou pakken?
‘Ik zou op zoek gaan naar manieren om ons energiesysteem te decentraliseren. Bijvoorbeeld door meer bevoegdheden bij lokale organisaties te leggen. Kleinere entiteiten zijn bevorderlijk voor de energietransitie. Aan de andere kant zou ik pragmatisch zijn. Niet meteen de hele wereld willen veranderen, maar kleine belemmeringen weghalen. Bijvoorbeeld door nieuwkomers met frisse ideeën meer ruimte te geven.’
Zijn er onderwerpen waar we met meerdere partijen uit het systeem op zouden moeten verdiepen?
‘We hebben iedereen nodig. Er zijn veel goede ideeën. Zolang we blijven denken vanuit geijkte structuren en belangen komen we niet dichterbij. Het is makkelijk om hierbij naar de grote spelers te wijzen. Maar, je moet verandering ook voor hen aantrekkelijk maken. Uiteindelijk moeten we sámen proposities bouwen. Als je dit voor elkaar krijgt dan creëer je volop klinkende voorbeelden die doen volgen.’
Gaan die komen?
‘Daar ben ik van overtuigd. Ten eerste omdat de transitie onvermijdelijk is. Daarnaast is er veel geld voor energie; er zijn voldoende investeerders die dezelfde kant op willen. De markt heeft echter momentum nodig. Die ontstaat wanneer consumenten en kleine bedrijven ook enthousiast raken en meewillen. Dit moet je niet afdwingen, maar faciliteren. Door bijvoorbeeld met subsidies net dat zaadje dat bij mensen aanwezig is, te laten ontkiemen. En door een open samenleving te creëren waarin ruimte is om nieuwe ideeën tot uiting te brengen en te realiseren.’